Bronnen kunnen uitgeput raken
Aardolie is een fossiele brandstof
17.8.2023, 11:46 (CEST)
Oliemagnaat John D. Rockefeller zou wetenschappers op een zekere "Conventie van Genève" in 1892 hebben betaald om olie een fossiele brandstof te noemen. Daarmee zou het idee van schaarste gewekt moeten worden, waardoor de prijs van de olie zou worden opgedreven. In werkelijkheid zou olie helemaal niet schaars zijn en sneller door de aarde worden geproduceerd dan de mens het kan opmaken. Dit alles wordt beweerd in deze Facebookpost en een filmpje, maar klopt er ook iets van?
Beoordeling
Nee, er zijn geen aanwijzingen dat op de bewuste conventie in Genève olie tot fossiele brandstof werd benoemd. Er is ook geen aanwijzing dat Rockefeller iets met de conventie te maken had. Aardolie is wel degelijk een fossiele brandstof en wordt onvergelijkbaar veel langzamer door de aarde geproduceerd dan de mens het consumeert.
Feiten
Volgens de Facebookpost zou John D. Rockefeller wetenschappers hebben betaald om olie een fossiele brandstof te noemen op een zekere "Conventie van Genève" in 1892. De Facebookgebruiker moet daarmee doelen op het "congres ter regeling der chemische nomenclatuur" dat inderdaad in 1892 in Genève plaatsvond.
Op dat congres kwamen enkele vooraanstaande scheikundigen bijeen om een helder systeem aan te brengen in de beschrijving en naamgeving van alle bekende chemische stoffen. Er is echter geen enkele aanwijzing dat er op dat congres is gesproken over aardolie. Aardolie is geen chemische stof, maar een mengsel van verschillende chemische stoffen. Het zou dus een vreemd agendapunt zijn geweest op het congres.
Bovendien is er geen enkele aanwijzing dat John D. Rockefeller iets met het congres te maken had. Geen enkele betrouwbare bron maakt melding van wetenschappers die namens hem op het congres aanwezig waren.
Lead Stories had contact met een leidinggevende van het Rockefeller Archive Center. Zij kon noch in de online catalogus van het instituut, noch in een biografie van Rockefeller enige verwijzing naar het congres van 1892 in Genève vinden. Ook Deutsche Presse-Agentur (dpa) doorzocht de catalogus, zonder enig resultaat.
Aardolie is fossiel
Aardolie is overigens wel een fossiele grondstof, die wordt gebruikt als brandstof. Fossiele grondstoffen zijn koolwaterstofverbindingen, die ontstaan zijn uit ontbindend plantaardig en dierlijk leven dat miljoenen jaren, onder hoge druk en temperatuur, tussen aardlagen zat opgesloten.
Aardolie is precies op deze manier ontstaan: door fytoplankton, microscopisch kleine algen en bacteriën, die na hun dood naar de bodem van oude oceanen zijn gezakt. In de loop der tijd hebben ze daar een soms wel kilometers dikke laag drab gevormd. Als die laag organische drab dan werd begraven onder jongere lagen sediment en de juiste druk en temperatuur werd opgebouwd, dan kon er aardolie ontstaan. De meeste aardolie is ontstaan in het Mesozoïcum, tussen 252 en 66 miljoen jaar geleden.
Het is dus duidelijk dat aardolie zich niet snel vernieuwt in de aarde. Er ontstaan weliswaar nieuwe fossiele grondstoffen diep in de aarde, zo zei een professor in de petroleum-geowetenschap van de Universiteit van Manchester tegen Reuters, maar dit duurt miljoenen jaren. Aardolievelden die worden leeggepompt, worden niet vanzelf aangevuld. Fossiele brandstoffen worden daarom ook wel niet-hernieuwbare energiebronnen genoemd.
De terminologie
De oudste en bekende vermelding van de term "fossiele brandstof" dateert van 1759, volgens een tentoonstelling van de Universiteit van Pennsylvania. In de inhoudsopgave van de Engelse vertaling uit 1759 van de verzamelde werken van de Duitse chemicus Caspar Neumann zou de term "fossil fuel" terug zijn te vinden. Dpa kon de term via internet alleen terugvinden in een iets jongere Engelse vertaling van datzelfde boek uit 1773. In ieder geval bestond de term dus al vóór de geboorte van John D. Rockefeller in 1839.
Het is niet goed vast te stellen wanneer aardolie voor het eerst met de term fossiele brandstof werd aangeduid. In Neumanns werk verwijst de term vooral naar kolen. Toch beschrijft Neumann, op de hier afgebeelde pagina over "bitumineuze substanties," wel hoe "petroleum" (uit het Grieks: petra - steen en elaion - olie) in sommige delen van Perzië uit rotsen komt en in omliggende streken wordt gebruikt als brandstof voor lampen en toortsen. Ook tekent hij op dat de substantie "in het mineralenrijk in zekere mate overeen lijkt te komen met de oliën en harsen van het plantaardige." Wellicht dat hij aardolie, net als kolen, dus al wel als fossiele brandstof beschouwde.
Overigens acht Tyler Priest, professor geografie en geschiedenis van de Universiteit van Iowa en expert op het gebied van de geschiedenis van olie en gas, het waarschijnlijk dat Rockefeller de term "fossiele brandstof" zelf nooit gebruikt heeft. Het was niet de term die mensen gebruikten om te verwijzen naar olie aan het eind van de 19e eeuw in Amerika. "Mensen gebruikten de termen 'olie', 'minerale olie', 'rotsolie', 'Seneca-olie', 'gasolie' of 'petroleum'," vertelde hij aan PolitiFact.
Vanwege het immense fortuin dat John D. Rockefeller vergaarde in de olie-industrie worden hij en zijn nazaten vaak genoemd in allerlei complottheorieën. Dpa ontkrachtte al vaker valse beweringen over de Rockefellers, zoals hier en hier.
(Stand van zaken: 17.08.2023)
Links
Facebookpost (gearchiveerd, video gearchiveerd)
Over J.D. Rockefeller (gearchiveerd)
Over nomenclatuurcongres (gearchiveerd)
Chemische samenstelling aardolie (gearchiveerd)
Lead Stories factcheck (gearchiveerd)
Rockefeller Archive Center (gearchiveerd)
Online catalogus RAC (gearchiveerd)
Over fossiele grondstoffen (gearchiveerd)
Ontstaan aardolie (gearchiveerd)
National Geographic over fossiele brandstoffen (gearchiveerd)
Reuters factcheck (gearchiveerd)
National Geographic II over fossiel (gearchiveerd)
Penn State tentoonstelling (gearchiveerd)
Boek Neumann 1773 (gearchiveerd)
Over dpa-factchecks
Deze factcheck is geschreven in het kader van het Third Party Fact Checking-programma van Facebook/Meta. Meer informatie over dit initiatief vindt u hier.
Uitleg van Facebook/Meta over de omgang met accounts die onjuiste informatie verspreiden, vindt u hier.
Inhoudelijke aan- of opmerkingen kan u sturen naar factcheck-netherlands@dpa.com met een link naar de desbetreffende Facebookpost. Gelieve hiervoor de juiste sjablonen te gebruiken. Richtlijnen voor bezwaren vindt u hier.