Studie fout geïnterpreteerd
Coronavaccins nog altijd veilig bij borstvoeding
11.10.2022, 16:08 (CEST), laatst geüpdate: 11.10.2022, 16:12 (CEST)
Over de mRNA-coronavaccins en hun veiligheid is al veel inkt gevloeid. Nu zou er een nieuwe ontdekking zijn: er zou mRNA aanwezig zijn in de moedermelk van gevaccineerde moeders. Dat zou een nieuwe 'alarmerende' studie uitwijzen, schrijftBlckbx. En dat ondanks het feit dat 'altijd werd verzekerd dat het niet kon gebeuren', zeggen ze nog.
Beoordeling
De studie is niet alarmerend. Die vond in sommige stalen moedermelk een hele kleine hoeveelheid mRNA uit het vaccin. Dit bleek ook al uit eerdere studies, en werd ook zo weergegeven door het Bijwerkingencentrum Lareb. Borstvoeding van gevaccineerde moeders is veilig, al helemaal na de eerste 48 uur na inenting.
Feiten
De studie onderzocht de moedermelk van elf verschillende gevaccineerde personen binnen zes maanden na de bevalling. Bij vijf van hen werden in zeven verschillende stalen (van in totaal 131 stalen) spoorhoeveelheden mRNA gevonden tot 45 uur na inenting. Dat komt overeen met het feit dat mRNA relatief snel afbreekt in het lichaam; namelijk binnen enkele dagen.
De studie gaf zelf ook de eigen beperkingen toe, zoals de kleine deelnamegroep. Of die resthoeveelheden mRNA een effect hebben op de baby, en wat die dan zouden kunnen zijn, werd evenmin onderzocht. Nergens zeggen ze dat hun bevindingen alarmerend zijn.
Dat bevestigde de hoofdauteur, neonataloog Nazeeh Hanna, ook aan Deutsche Presse-Agentur (dpa). "We geloven dat borstvoeding veilig is omdat we enkel resthoeveelheden mRNA in de moedermelkstalen vonden. We zijn ook niet zeker of die hoeveelheden biologisch actief zijn." Zeker na de eerste twee dagen na vaccinatie is borstvoeden veilig, hoewel er verder onderzoek nodig is bij hele jonge baby's.
De studie bevat wel een aanbeveling om de eerste 48 uur na vaccinatie geen borstvoeding te geven indien de baby jonger is dan 6 maanden. "De FDA en CDC gaven geen goedkeuring voor blootstelling aan de vaccins bij baby's jonger dan 6 maanden. Daarom is onze conclusie dat voorzichtigheid geboden is in die eerste 48 uur na inenting", aldus dr. Hanna.
Wat toont de studie dan wel?
Wat de studie wél aantoont is dat kleine hoeveelheden mRNA in verschillende cellen in het lichaam, zoals borstcellen, kunnen terechtkomen. "Onze resultaten suggereren dat het vaccin niet louter op de injectieplaats blijft, maar ook andere organen kan bereiken", verduidelijkt dr. Hanna. Dat is een belangrijke verdere stap in het doorlopende onderzoek naar de coronavaccins. "We weten momenteel niet of dat goed of slecht is aangezien het nog niet eerder bestudeerd werd." In de dierenproeven van Pfizer en Moderna werd dit al aangetoond, maar nog niet eerder bij mensen.
Wat zeggen andere studies?
Deze nieuwe studie is niet de eerste om de aanwezigheid van mRNA in moedermelk te onderzoeken. Victoria Male, professor in reproductieve immunologie aan het Imperial College in Londen, houdt een uitgebreid en regelmatig geüpdate document bij rond de coronavaccins en vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding. Een vorige studies konden geen mRNA aantreffen in de moedermelk, terwijl twee anderen spoorhoeveelheden in sommige van de stalen aantroffen.
Wat zeggen overheidsinstanties?
Het Lareb formuleert ook aanbevelingen over inenting met een coronavaccin tijdens de borstvoedingsperiode. Zij omschrijven de overgang van mRNA via moedermelk als 'verwaarloosbaar laag' die door de spijsvertering van de baby zou afgebroken worden. Ze concluderen dat borstvoedende moeders zonder gevaar een coronavaccin kunnen krijgen, afgaande op de tot nu toe beschikbare studies.
Die pagina werd laatst bewerkt op 4 februari van dit jaar. Er werd dus voorheen niet verzekerd dat er geen mRNA in moedermelk terecht kon komen.
(Stand van zaken: 11/10/2022)
Links
Research letter JAMA Pediatrics (gearchiveerd)
Lareb over vaccinatie en borstvoeding (gearchiveerd)
Over Victoria Male (Imperial College London) (gearchiveerd)
Explainer coronavaccins, vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding (gearchiveerd)
Studie Golan et al. (gearchiveerd)
Studie Yeo et al. (gearchiveerd)
Studie Low et al. (gearchiveerd)
Over dpa-factchecks
Deze factcheck is geschreven in het kader van het Third Party Fact Checking-programma van Facebook/Meta. Meer informatie over dit initiatief vindt u hier.
Uitleg van Facebook/Meta over de omgang met accounts die onjuiste informatie verspreiden, vindt u hier.
Inhoudelijke aan- of opmerkingen kan u sturen naar factcheck-netherlands@dpa.com met een link naar de desbetreffende Facebookpost. Gelieve hiervoor de juiste sjablonen te gebruiken. Richtlijnen voor bezwaren vindt u hier.